Grootouders kunnen een grote rol spelen in het leven van kinderen. Uit een rapport van Eurostat uit 2013 is gebleken dat 54% van de kinderen in Nederland tot de leeftijd van 3 jaar worden opgevangen door een informele oppas.[1] Met een informele oppas wordt gedoeld op onder andere grootouders, vrienden en overige familieleden. Nederland is hiermee koploper van alle landen binnen de Europese Unie.
Grootouders hebben in Nederland dus vaak een actieve rol in de zorg en opvoeding van de kleinkinderen. Er is een emotionele band tussen de grootouders en de kleinkinderen. Als er ruzie ontstaat tussen de grootouder(s) en ouder(s) kan dit ertoe leiden dat het contact verslechtert of wordt verbroken. Ook een echtscheiding kan het contact tussen grootouders en kleinkinderen bemoeilijken. De contactmomenten die vanzelfsprekend waren zijn dat dan niet meer.
Omgangsregeling laten vaststellen door de rechter
Grootouders kunnen een verzoek indienen bij de rechtbank om een omgangsregeling met de kleinkinderen te laten vaststellen door de rechter. Eerst dienen de grootouders aan te tonen dat er sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking. Als de grootouders hierin niet slagen, wordt het verzoek inhoudelijk niet door de rechter beoordeeld. Grootouders moeten aantonen dat zij meer dan gebruikelijk contact hadden met de kleinkinderen. Daarbij kan worden gedacht aan de situatie dat de kleinkinderen voorheen bij de grootouders hebben gewoond. Ook zeer regelmatig oppassen kan bijdragen aan het hebben van een nauwe persoonlijke betrekking.
Het hof Den Haag heeft in 2015 geoordeeld dat een enkele oppasdag en af en toe een langere oppasperiode onvoldoende was. Terwijl het hof Amsterdam een jaar later oordeelde dat een grootmoeder wel had aangetoond dat er een nauwe persoonlijke betrekking was. Zij had vier jaar lang twee dagen per week op het kleinkind gepast. Daarna werd er nog een kleinkind geboren en verbleven de kleinkinderen regelmatig bij haar in de weekenden en vakanties.
Samenvattend moeten de grootouders bewijzen dat zij een behoorlijk aandeel hebben gehad in de verzorging en opvoeding van de kleinkinderen. Uit uitspraken van rechters in Nederland blijkt dat dit geen eenvoudige hobbel is om te nemen.
Vervolgens volgt een inhoudelijke toetsing door de rechter van het verzoek. De rechter beslist dan of de omgang moet worden toegewezen of afgewezen. In de Nederlandse wet zijn vier mogelijkheden opgenomen waardoor de omgang kan worden afgewezen. In principe is het uitgangspunt dat omgang in het belang van het kind wordt geacht.
- Ten eerste kan het voorkomen dat de omgang te belastend is voor de geestelijke of lichamelijke ontwikkeling van het kind.
- Ook kan het zo zijn dat de grootouders niet in staat moeten worden geacht om omgang met het kind te hebben.
- Daarnaast kan het voorkomen dat een kind ouder dan 12 jaar aangeeft dat hij ernstige bezwaren heeft tegen de omgang.
- Tot slot heeft de rechter nog een mogelijkheid om de omgang te weigeren vanwege zwaarwegende belangen van het kind.
Wetsvoorstel drempelverlaging omgang grootouders
Op 17 mei 2023 is door de toenmalige minister Weerwind het Wetsvoorstel drempelverlaging omgang grootouders ingediend. Uit onderzoek is gebleken dat de drempel erg hoog is voor grootouders om een inhoudelijke beoordeling te krijgen van de Nederlandse rechter. Het wetsvoorstel moet deze drempel verlagen. Het verschil ten opzichte van de huidige wetgeving is dat er een bewijsvermoeden is dat er een nauwe persoonlijke betrekking is tussen grootouders en kleinkinderen. Dit bewijsvermoeden kan worden tegengesproken. Het bewijsvermoeden moet ervoor zorgen dat de rechter sneller en vaker toekomt aan de inhoudelijke beoordeling van het verzoek van de grootouders.
De Boorder Familie- en Erfrecht Advocaten & Mediators
Lees ook de andere blogs van De Boorder Advocaten.
[1] Eurostat, ‘Being young in Europe today’, p. 110. Hyperlink: https://ec.europa.eu/eurostat/documents/3217494/6776245/KS-05-14-031-EN-N.pdf
dolf vsn der Steeg - 29 feb 2024
Het is natuurlijk een schande dat er nog steeds bijna niets veranderd is. Er is helemaal niets veranderd in al die jaren Een vader is niet belangrijk meer in leven van een kind Een opa en oma niet. En dan steeds het zinnetje IN HET BELANG VAN HET KIND Natuurlijk heeft een ki d een vader nodig en grootouders. Maar wat als de moeder of vader van het Kind geen toestemming geeft om naar oma of opa te gaan. Wel dan lukt het niet Grootouders moeten veel meer omgangsrechten krijgen. Maar dat geld zeker ook voor een vader. Helaas is er weinig tot niets veranderd in de rechtspraak. Want rechters zien zelf ook amper het belang van grootouders of belang dat er een vader in beeld is. We moeten rechters benoemen die het gezin hoog in het vaandel hebben staan!