Grootouders tussen wal en schip bij scheiding

Kinderen zijn vaak de dupe van een scheiding. Maar ook voor de grootouders kan een scheiding vervelende gevolgen hebben. Voor 10 procent van de grootouders geldt dat ze hun kleinkinderen niet meer zien na de scheiding van hun eigen kind.

Jaarlijks lopen er veel  relaties van stellen met minderjarige kinderen op de klippen. Veel verbroken relaties eindigen in een vechtscheiding, waarbij het de ouders niet lukt om goede afspraken te maken over hun kinderen. Bij vechtscheidingen komt het regelmatig voor dat ook het contact tussen grootouders en kleinkinderen onder druk komt te staan.

Gevolgen van scheiding voor opa en oma

Uit onderzoek van TNS NIPO blijkt dat voor 53 procent van de grootouders het contact met hun kleinkinderen na een scheiding duidelijk anders is geworden. Een derde van de grootouders moet meer moeite doen om de kleinkinderen te blijven zien. Ruim een vijfde van de grootouders voelt zich mede-slachtoffer van de scheiding. Het is overigens niet alleen maar kommer en kwel: 28 procent ziet de kleinkinderen juist vaker en 33 procent is stiekem wel blij met de scheiding.

Omgangsregeling via de rechter

Grootouders die geen contact meer hebben met hun kleinkinderen door een scheiding, kunnen de rechter verzoeken om een omgangsregeling met hun kleinkind. Maar die wijst dit zelden toe. Het feit dat grootouders en kleinkind familie van elkaar zijn, is niet genoeg. Als grootouders een omgangsregeling willen afdwingen, moeten ze bewijzen dat ze een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan de verzorging en opvoeding van hun kleinkind.

Initiatiefnota

Uit onderzoek blijkt dat er elk jaar ongeveer vierduizend grootouders bijkomen die na een scheiding geen contact meer hebben met hun kleinkinderen, terwijl ze dat wel zouden willen. Het CDA presenteerde daarom vorig jaar maart een plan om het recht op een omgangsregeling voor grootouders wettelijk vast te leggen. Onlangs heeft minister van Veiligheid en Justitie Ard van der Steur het voorstel afgewezen. Hij is van mening dat de situatie alleen maar complexer wordt wanneer de grootouders als extra procespartij optreden. Dat is volgens hem niet in het belang van het kind. De minister prefereert dat er in een informele sfeer onderlinge afspraken gemaakt worden, zonder wettelijke bepalingen.

Ouderschapsplan

Nu een wettelijke omgangsregeling van de baan is, rest de vraag hoe problemen rond de omgang tussen grootouders en kleinkinderen na een scheiding kunnen worden voorkomen. Wij adviseren om bij een scheiding een omgangsregeling voor grootouders en kleinkinderen op te nemen in het ouderschapsplan.  Duidelijke afspraken vooraf over een omgangsregeling kunnen veel narigheid voorkomen. Dat is in het belang van de grootouders, maar zeker ook van het kind.