Kinderdagverblijf mag vader weigeren
Een kinderdagverblijf mocht de toelating van een vader tot de familieweek weigeren, omdat volgens de omgangsregeling de vader op dat moment geen omgang had met zijn kind.
Soms worden scholen of kinderdagverblijven ongewild betrokken bij een conflict tussen ouders. Er kan dan voor alle betrokkenen een hele vervelende situatie ontstaan, waar het kind in eerste instantie de dupe van is. Als de situatie escaleert, kan de school of het dagverblijf maatregelen nemen. Dit leidde recentelijk tot een klacht bij het College voor de Rechten van de Mens.
Omgangsregeling
Dirk heeft een dochter, die bij haar moeder woont. De omgangsregeling tussen Dirk en zijn dochter was door de rechtbank vastgesteld en bepaalde dat omgang alleen onder begeleiding mocht plaatsvinden.
Op een gegeven moment organiseerde het kinderdagverblijf van zijn dochter een familieweek, waarbij familieleden werden uitgenodigd. Toen Dirk hiernaar informeerde, kreeg hij te horen dat hij niet welkom was. De dag dat familie welkom was, was namelijk een dag waarop Dirk volgens de omgangsregeling geen omgang met zijn dochter had.
Niet mengen
Het dagverblijf lichtte toe dat het zich niet wilde mengen in het conflict tussen Dirk en de moeder. Het was niet aan het dagverblijf om – buiten de omgangsregeling om – omgang te faciliteren tussen Dirk en zijn dochter.
Bovendien wilde het dagverblijf voorkomen dat het conflict tussen beide ouders tijdens de familieweek zou escaleren. De veiligheid van de kinderen stond daarbij voorop. Dirk vond dat hij gediscrimineerd was en diende een klacht in bij het College voor de Rechten van de Mens.
Wel onderscheid
Volgens het College maakte het kinderdagverblijf wel onderscheid door ervoor te kiezen de moeder wel toe te laten tot de familieweek, omdat de dochter bij haar woont. In dit geval was er echter een rechtvaardiging voor het onderscheid.
Geen discriminatie
Hoewel het niet aan het dagverblijf was om toe te zien op naleving van de omgangsregeling, kon van haar evenmin verwacht worden dat ze zou bijdragen aan het faciliteren van de omgang tussen Dirk en zijn dochter op een dag die geen deel uitmaakte van de omgang.
Dit gold temeer omdat de omgang dan zonder begeleiding zou plaatsvinden. Er was dus geen sprake geweest van ongeoorloofd onderscheid door het kinderdagverblijf.
bron: Jurofoon.nl
REAGEER OP DEZE BLOG