In reactie op onze blog over kinderalimentatie en een nieuwe partner kwam de volgende vraag van een gescheiden vrouw bij ons binnen:
“”Mijn dochter is onlangs 21 jaar geworden. Sinds haar 18e kreeg ze kinderalimentatie van haar vader. Nu niet meer, ze is 21 en moet zich zelf zien te redden. Ze zit in het tweede jaar HBO en woont bij mij thuis. Ze krijgt studiefinanciering voor thuiswonenden en zorgtoeslag. Daarvan moet ze collegegeld betalen, boeken, zorgverzekering. Dat lukt niet. Wat nu? Ik heb nog twee kinderen.”
Wij hebben de vraag voorgelegd aan onze partner, advocaat en mediator, Kuppersenco:
De ouderlijke onderhoudsplicht eindigt in beginsel niet als het kind de meerderjarige leeftijd (18 jaar) heeft bereikt. De algemene onderhoudsplicht is verwoord in artikel 1: 392 BW waarin is vermeld dat tot het verstrekken van levensonderhoud zijn gehouden (o.a.) de ouders. Op basis van dit artikel zou een meerderjarig kind derhalve een verzoek tot bijdrage kunnen indienen tegen een van de ouders.
In de wet wordt echter een onderscheid gemaakt tussen minderjarige kinderen (kinderen tot 18 jaar), jong meerderjarigen (kinderen tussen de 18-21 jaar) en kinderen van 21 jaar en ouder.
Voor die laatste groep geldt echter dat de ouders alleen onderhoudsplichtig zijn indien deze kinderen behoeftig zijn. Met behoeftigheid wordt bedoeld de situatie waarin iemand verkeert waarbij je onvoldoende eigen middelen hebt en deze ook in redelijkheid niet kan verwerven om te voorzien in het eigen levensonderhoud. Een meerderjarig kind van 21 jaar en ouder zal echter niet snel als behoeftig worden gezien omdat dit kind (ook al studeert het kind) in alle redelijkheid eigen middelen kan verwerven om in het eigen levensonderhoud te voorzien, bijvoorbeeld door middel van een baan naast de studie.
De kans derhalve dat een verzoek van een meerderjarige slaagt is dan ook gering. Dit is anders als kan worden aangetoond dat de meerderjarige in alle redelijkheid geen inkomsten kan verwerven bijvoorbeeld omdat het kind ziek is.
Er kan wel sprake zijn van een morele verplichting. Ook op grond van de Wet Studiefinanciering worden ouders verondersteld althans voor zover een draagkracht dat volgens de WSF toelaat, bij te dragen in de studiekosten van hun kind ook al is dit kind 21 jaar of ouder en het verstrekken van een bijdrage nagenoeg dus rechtens niet meer afdwingbaar is.
Vaak worden er in het ouderschapsplan ook afspraken gemaakt voor een bijdrage na 21 jaar, bv voor de periode dat het kind nog studeert.
Indien die afspraken worden gemaakt zijn die afspraken vanzelfsprekend rechtens afdwingbaar, zijn er geen afspraken dan wordt het lastiger.
Naar aanleiding van dit antwoord lijkt dus de enige mogelijkheid voor de vraagstelster om op, op basis van een morele verplichting en onder verwijzing naar de Wet Studiefinanciering, een gesprek aan te gaan met haar ex-partner en dochter. Succes!
dbezorgdebezorgde ouder - 5 okt 2016
Op basis van de bekende trema normen is voor ons een totaal bedrag aan kinderalimentatie vastgeld in 2012. Als betalende vader aan de ontvangende moeder (die ook een deel behoort bij te dragen) vraag ik me het volgende af. Is volgens de trame norm ook een reservering opgenomen voor toekomstige studie kosten aan MBO/HBO/WO? Maw is het redelijk te verwachten dat de budget beheerder (alimentatie ontvanger) een maandelijkse storting doet op een studieplan of zoiets dergelijks? Met het oog op het bereiken van de 18 jarige leeftijd waarop de kinderen normaal gesproken gaan studeren.
2Divorce - 7 okt 2016
Beste bezorgde ouder, Volgens de tremanormen is het niet verplicht om toekomstige studiekosten op te nemen in de kinderalimentatie. Dit is wel iets wat jullie als ouders samen af kunnen spreken. Bij 2Divorce is dit wel altijd een gespreksonderwerp in het scheidingstraject. Mocht je alsnog afspraken willen maken over de toekomstige studiekosten of misschien wel kijken of het ouderschapsplan nog up-to-date is, dan is de Scheiden APK misschien iets voor jullie. Kijk voor meer informatie op http://2divorce.nl/scheiden-apk/