Ik leef nog, maar vraag me niet hoe. We zijn nu een jaar verder. Een jaar corona-gedoe. Een jaar lang een puber in huis. Een jaar lang thuiswerken. En als ik denk dat ik me niet vermoeider kan voelen, dan zak ik nog een verdiepinkje lager. Ja, zo gaat het dus. Jammer vind ik het ook dat ik me zo voel, want er gaat zo veel goed en ik heb zoveel om me gelukkig mee te prijzen. Een baan, en dus geen geld zorgen, een heerlijk huis om in te wonen, de liefde van mijn leven aan mijn zijde en nu heeft mijn huis zich ook gevuld met de jongste zoon. Huisje boompje beestje.
Waarom voel ik me dan zo moe? Het is gewoon het proces. Het proces waar we nu allemaal in meer of mindere mate door heen gaan, de spanningen, de verwachtingen, de teleurstellingen, de beperkingen en het blijven schakelen en het dealen met dit alles.
Wennen aan een kind in huis
Nu we een jaar verder zijn, kan ik ook terugkijken naar het jaar dat voorbij is gegaan en eerlijk gezegd vind ik het best zwaar zo’n puberstiefkind in huis. Hij is aan het puberen, een van de redenen waarom het in het huis van zijn moeder niet meer ging. Maar tussen die puberperikelen door moet ik wennen aan een kind in mijn huis. Een kind met een mening, met gewoontes, met een geschiedenis waar ik het eerste deel van zijn leven geen onderdeel van was.
Eerlijk gezegd wist ik niet waar ik aan begon en soms (lees: best vaak eigenlijk) vraag ik me af waarom ik ook alweer ja heb gezegd en voel ik me gegrepen door de zin ‘er is geen weg meer terug’. Als ik in deze gedachtestroom kom, ga ik rekenen op welke leeftijd een kind weer uit huis gaat en dit maakt het niet makkelijker. Hoeveel jaar nog? WAT?!? Gaat een kind echt op die leeftijd pas uit huis? Oeps! Verschrikt stop ik deze denktrant, want dit geeft me absoluut geen lucht.
Als ik dit eerder had geweten
Ik heb een boek gevonden: ‘Als ik dit eerder had geweten’, waarin heel systematisch en helder wordt beschreven welke plek je inneemt in een samengesteld gezin en als stiefouder. Je bent de ouder niet. Het is je biologische kind niet. En dit maakt verschil. Maar die verschillen wil ik wel begrijpen en dit is ook hard nodig, anders gaat het niet goed met me en kost alles me te veel energie.
Het boek geeft inzichten zoals bijvoorbeeld dat een kind niet dankbaar hoeft te zijn voor wat het krijgt. Een ouder geeft onvoorwaardelijk veel maar als stiefouder is het niet perse vanzelfsprekend om onvoorwaardelijk te geven. Als stiefouder wil je bijvoorbeeld een bedankje. Het kind heeft echter niet om deze situatie gevraagd en als stiefouder dit beseffen geeft al ruimte. Mijn partner geeft mij vaak terug dat hij zijn kind aan mij heeft gegeven en dat ik hier dankbaar voor moet zijn. Ik lees nu in het boek dat dit vaker voorkomt en ik snap nu ook steeds beter waarom dit voor mij niet zo voelt.
Communicatie is het keyword
Stiefouders trekken vaak te laat aan de bel en vragen pas om hulp als de uitputtingsslag al te lang aan de gang is. Dat wil ik niet en communicatie is hier een keyword, communicatie met mijn partner, communicatie met het kind en eigenlijk ook communicatie met de ex (lees: moeder).
Maar okay. Eerst het boek maar eens uitlezen. Het op me in laten werken. Het belangrijkste voor nu blijft: loslaten waar ik geen invloed op kan hebben en grenzen trekken waar ik ze echt nodig vind en voor de komende periode pas op de plaats en meer rust en ontspanning voor me zelf creëren.
Ik ben Tessa. Al meer dan 10 jaar stiefmoeder van de kinderen van mijn partner. Eerst om het weekend, naar nu de jongste in huis. Het zijn leuke jongens en het brengt veel gezelligheid. Toch blijft het een zoektocht naar mijn rol in het geheel.
Lees ook de andere blogs van Tessa.
Fien - 20 apr 2021
Wat een mooi blog. Goed dat je dit in beeld brengt. Het lijkt allemaal zo gewoon en vanzelfsprekend dat : een nieuwe liefde en als bonus een paar kids. Maar ik denk dat we als bio-ouders te vaak vergeten dat stiefouders en stiefkids elkaar niet kiezen, maar wel geacht worden het samen leuk te hebben. Lastige positie denk ik, vanuit beide perspectieven. Maar uiteindelijk ook die van de bio ouder. Want je wilt gelukkige kinderen en een gelukkige partner. En jij hebt als bio ouder daar een sleutelrol in. Ik heb sinds 2,5 jaar n partner. We wonen niet samen, ik woon wel bij partner als dr kids bij hun vader zijn. Maar zijn ze bij mij (ons) dan komt mijn partner wel eens mee eten of we maken een uitje. Of we drinken s avonds koffie. Maar er is geen verplichtte rol voor partner. Geen opvoedtaken. Soms wel helpen bij brengen naar sport oid. Partner en kinderen hebben het gezellig, geen dikke band, maar wel ontspannen en ze kunnen samen lachen.
Maris19 - 22 apr 2021
Jee Tessa, wat herkenbaar weer! Waarom ben ik eraan begonnen? De jaren tellen. Ik doe het ook. Moe ben ik ook, inmiddels hier ook te maken met ouderverstoting t.o.v. mijn partner. Ik tob erover, ik ben er verdrietig en boos om. Latten was zoveel makkelijker als in 1 huis. Maar terugdraaien kun je het niet... Misschien moet ik het boek ook eens kopen. Dank je voor je blog en herkenning. Dikke knuffel voor jou
Tessa - 22 apr 2021
Ik zou het niet willen terugdraaien, ookal droom ik er soms wel van;). Het is een ervaring om nooit te vergeten en ook heel tof. Het boek is een aanrader. Ik denk dat je er veel aan kan hebben.