Ik zit voor de mediation met Erik in het kantoor van Adèle, de mediator. Ik heb mijn gesprek goed voorbereid, maar natuurlijk loopt het anders dan ik in mijn hoofd had. Dat geeft niet. Ik weet welke dingen ik wil zeggen.
Erik wordt boos, vat alles op als een verwijt. Ik word emotioneel, omdat ik op zoveel onbegrip stuit. Adèle is een uitstekende gespreksleider, ze laat ons af en toe spuien, maar houdt ons wel bij de feiten.
Eigenlijk is het een heel verhelderend gesprek. Adèle vraagt aan Erik of hij weet waarom Renée zo slecht over mij denkt. Hij heeft geen idee. ‘Hebben jullie het daar wel eens over gehad?’ Nee, ze is nu eenmaal zo. ‘Heb je dan niet gezegd dat je het als vader van de kinderen belangrijk vindt dat er een goed contact is?’ Nee. Zo had Erik het eigenlijk nog nooit bekeken.
En daar zit nu precies de kern van het probleem. Hij begrijpt het niet, en gaat het ook nooit begrijpen. Renée communiceert ook bijzonder slecht, daarom loopt het zo goed tussen hen. Ze nemen elkaar zoals ze zijn, wat natuurlijk heel mooi is, maar de gevolgen voor de kinderen zien ze niet.
Ik geef Erik de keuze, en Adèle is het met mij eens. Renée biedt haar excuses aan, waarna we met een schone lei beginnen. Zij zal dan wel moeten accepteren dat zij onderdeel is van een ‘package deal’, zoals Adèle het noemt. Ik hoor nu eenmaal bij de kinderen, en af en toe zullen we elkaar tegenkomen. Bij een diploma-uitreiking, bij een trouwerij, bijvoorbeeld. Dan zal ze gewoon tegen mij moeten doen, mij niet meer ontlopen als ik vraag of ze ook koffie wil als ze de jongens op komen halen. Gewone, normale omgang met elkaar.
Maar, zegt Adèle terecht, Renée heeft ook het recht om haar grenzen aan te geven. Als ze dit niet wil, dan is dat zo. Dat heeft dan wel gevolgen voor Erik, want ik wil haar dan nooit meer tegenkomen. Dus zal Erik bij al die gezamenlijke dingen in zijn eentje erbij moeten zijn, zonder Renée.
Ik vind het heel, heel erg moeilijk om te begrijpen hoe het in het hoofd van Erik en Renée werkt. Hoe kun je nu niet over zulke dingen praten met elkaar? Hoe kun je het kind van je partner recht in zijn gezicht zeggen dat je zijn moeder een heks vindt? En dan verwachten dat dat geen gevolgen heeft? Erik haalt op een gegeven moment wat lacherig zijn schouders op: ‘Misschien heb ik ook wel autistische trekjes. Ik kan me inderdaad slecht inleven. En ik vind communicatie via mail en app heel erg moeilijk’.
We spreken dan ook af voortaan een keer per maand in de stad koffie te gaan drinken om dingen face to face te bespreken. Als hij dat nodig heeft, best. Maar dat hij zich direct verschuilt achter het bekende credo dat Frank ook zo vaak bezigt: ‘Ik ben autist, dus kan ik dit niet. Deal with it’ dat vind ik heel erg lastig. Niet eens voor mezelf, maar vooral voor de kinderen. Want zij missen een vader, iemand die met ze meeleeft, met ze mee beleeft, ze steunt en stimuleert. Iemand op wie ze terug kunnen vallen. Want dat zullen ze in Erik nooit vinden.
Eline is in 2014 na een relatie van 25 jaar gescheiden. Ze heeft een eigen bedrijfje als tekstschrijver en redacteur. De twee jongste kinderen, Jens (17) en Bob (16), wonen na de scheiding bij haar. De oudste, Frank, (19) woont bij Erik, haar ex.
Jan Willem (gastheer) - 25 sep 2017
Wat dapper dat je met Renee gaat praten (als zij daar akkoord mee gaat), ik zou dat zelf (op dit moment in ieder geval) niet kunnen met de nieuwe partner van mijn ex. Then again heb ik met hem nog geen echte woorden gehad behalve een waarschuwing van mij uit naar hem om uit mijn buurt te blijven. Ik hoop dat jullie eruit komen om het zo voor jullie kinderen iets dragelijker te maken!
Eline - 25 sep 2017
Daar zit een verhaal achter, Jan Willem, dat je hem hebt gewaarschuwd. Jammer dat het zover heeft moeten komen, denk je niet dat er in de toekomst nog een mogelijkheid kan komen om een rustig gepsrek aan te gaan?
Jan Willem (gastheer) - 25 sep 2017
Wie weet Eline, wie weet.. Vooralsnog heb ik af en toe erg veel moeite met mijn emoties/gevoel als ik hem zie of mogelijk te zien krijg. Lang verhaal inderdaad dat ik hem gewaarschuwd heb.